Logo VNK

menu

Columns

De Fontein van Abramovic: wond of bewondering

‘Extreme kunstenares ontwerpt Harlinger fontein.’ Zo luidt de kop van het krantenartikel dat mijn moeder mij afgelopen week doorstuurde. Na enige verbazing begreep ik dat in het kader van het Elf Fonteinen Project, dat zich ontvouwt in aanloop naar Leeuwarden Europese Culturele Hoofdstad 2018, er in elke Friese stad een fontein naar ontwerp van een vermaard kunstenaar komt te staan. Voor Harlingen, de stad waar ik geboren en getogen ben, zal niemand minder dan Marina Abramovic haar beste ontwerpkwaliteiten laten zien.

16 februari 2015
Door Lieke Wijnia 

 

Mijn verbazing is tweeledig. Enerzijds komt deze voort uit de moeite die het aanvankelijk kost om een wereldberoemde kunstenaar aan mijn oude stadsje te linken. In mijn hoofd loop ik de kalender even na: ‘Nee, het is toch echt nog geen 1 april’. Anderzijds verbaas ik me over het feit dat iemand die faam vergaarde met haar performancekunst nu een fontein gaat ontwerpen. Als je goed bent in de ene kunstdiscipline, betekent dat dan automatisch dat je ook goed bent in de andere?

De lokale krant lijkt ook moeite te hebben zich het antwoord op die vraag voor te stellen. Het artikel typeert de kunstenaar zo: ‘Abramovic houdt zich bezig met videokunst en performance en staat bekend om haar uitputtende heftige performances waarbij ze zichzelf vaak heeft verwond.’ Het artikel legt zo de nadruk op de lugubere kanten van Abramovic’ oeuvre (verwijzingen naar verwondingen, bloed, skeletten), dat je niet anders kan dan je afvragen wat daar in hemelsnaam voor fontein uit moet gaan komen.

In de eerstvolgende editie van de Harlinger Courant wordt dit voorzetje moeiteloos ingekopt. Onder de noemer ‘Moet Harlingen nog meer worden verwond?’ uit een bezorgde inwoner zijn twijfels over het project. Hij vindt de skyline van Harlingen al vol genoeg, en daar hoeft ‘de mevrouw in kwestie’ die aandacht probeert te trekken door zich te verwonden niet ook nog eens ‘haar deerniswekkende stempel’ op te drukken. Of je de skyline van Harlingen voltooid vindt of niet, en of je nu wel of niet bekend bent met het werk van Abramovic, het is een begrijpelijke reactie op de manier waarop de kunstenaar in de krant werd neergezet.

De term ‘extreem’ is treffend als het gaat om het oeuvre van Abramovic. Vanaf de vroege jaren zeventig verkent zij in haar performances haar fysieke en mentale uithoudingsvermogen. Door deze uit te voeren voor een publiek, confronteert ze hen tegelijkertijd met diens fysieke en mentale uithoudingsvermogen. Hoe lang kun je als toeschouwer kijken naar iemand die naakt op een blok ijs ligt, voordat de knoop in je maag te groot wordt en je morele bezwaar tegen je schreeuwt dat je haar eraf moet halen? Maar de bloederige typering die de krant presenteert, is niet volledig en zeker niet actueel.

Abramovic’ recente werk is nog steeds extreem, maar op een heel andere manier. Tijdens het monumentale The Artist is Present (2010) in het New Yorkse MoMA, die in het artikel wordt omschreven als een performance waarbij ‘bezoekers tegenover haar konden gaan zitten om haar aan te kijken’, wist ze menigeen tot tranen toe te roeren. In het atrium van het museum creëerde Abramovic een veilige haven, waarin iedere bezoeker zelf mocht bepalen hoe lang deze in stilte tegenover de kunstenaar plaats wilde nemen. De beroering zal bij velen veroorzaakt zijn doordat ze zich gezien voelden. Het was geen kijken en bekeken worden, maar een vorm van oprecht gevoeld contact.

Afgelopen zomer bezocht ik de performance 512 Hours, waarbij de focus lag op het contact van de bezoeker met zichzelf. In de Londense Serpentine Gallery liet ik mijn telefoon, horloge, jas en tas achter in een kluisje en betrad ik de stille galerieruimte. Met mij waren er nog zo’n 75 anderen, die op aanwijzingen van Abramovic volledig tot rust kwamen. Mijn ervaringen varieerden van een confrontatie met mijn eigen gedachten die ik niet stop kon zetten tot het genot van het ver weg zijn van de drukke buitenwereld. Het valt te bediscussiëren of deze performance nu wel onder de noemer ‘kunst’ viel of dat het eerder een cursus Mindfulness was. Maar ook deze performance bood een bijzondere plek: een plaats van afzondering en bezinning. Toen ik anderhalf uur later de galerie uitliep had ik het gevoel dat ik de wereld weer aankon.

In tegenstelling tot haar vroegere werk draaiden The Artist is Present en 512 Hours niet om afstoting, maar juist om aantrekkingskracht. Abramovic bood, met inzet van zichzelf, de plaats, ruimte en tijd om als bezoeker een oprecht gevoelde ervaring te hebben. Om je even helemaal terug te trekken. Om uit de tijd te stappen. Om te reflecteren op de wereld die je achter liet. Om helemaal nergens aan te denken. Of dat in ieder geval te proberen. Na terugkeer was de wereld van alledag voor altijd een beetje anders.

Dit is een heel andere Abramovic dan diegene die werd geschetst in het krantenartikel en waarop de briefschrijver reageerde. Geen kunstenaar die verwondt, maar eentje die bewondering oproept. En dan niet alleen bewondering voor haar kunst, maar nog voor zoveel meer. Voor de gevoelde ervaringen en voor de zin van het leven. Ik hoop dat Abramovic in staat zal zijn deze benadering te vertalen in het ontwerp voor de fontein. Dat ze aan de pier van Harlingen een plaats van bezinning en berusting weet te realiseren. Want of de skyline van de stad nu volgebouwd is of niet, zo’n plek zal hoe dan ook een wezenlijke meerwaarde zijn.

Lieke Wijnia (1985) is promovenda aan Tilburg University en doet onderzoek naar sacraliteit in de hedendaagse cultuur. Hiervoor doet ze veldwerk bij kunstenfestival Musica Sacra Maastricht. Daarnaast verricht ze onderzoek naar de aanwezigheid van het Vaticaan op de Biënnale van Venetië bij de onderzoeksgroep Religion, Art & Conflict van het Courtauld Institute of Art in Londen. Ze behaalde een MA Cultureel Erfgoed aan de Universiteit Utrecht en een MA French Paint and Politics (1847-1880) aan het Courtauld Institute of Art.